Op maandag 15 april melden Henk en John zich om 7.30 uur bij Theo thuis in het mooie en rustige Kantens. Na een bakje koffie en de nodige laatste afhandelingen, reisden wij naar Erna, die overigens ook in Kantens woont. Wij maken kennis, bagage wordt ingeladen en door naar de carpoolplaats bij de A7; nabij Boerakker. Aldaar Bart en Bob opgepikt. Zo, wij waren compleet. Op naar Schiphol. Onderweg nog even koffie met een broodje gekocht en door maar weer naar P 3 van Schiphol. Na het parkeren van Theo zijn mooie Transport-bus verder met de Schiphol bus naar de vertrekhal. Inchecken, ruimbagage afgegeven en de douaneformaliteiten doorlopen. Zo, nu kon de reis naar Keflavik, wat ons betreft, wel echt beginnen. Na iets gegeten en gedronken te hebben, een boek te hebben gekocht, een sanitaire stop te hebben gemaakt; zijn wij vol goede moed naar “onze” boarding hal gelopen in de drukke vertrekhal gelopen. Vertrek Keflavik IJsland 14.15 uur. Aangekomen bij de van toepassing zijn de gate zagen wij tot onze stomme verbazing dat het vertrek was opgeschoven naar 22.15 uur. Dat was even balen. Echter: het kon blijkbaar nog erger. Om 17.00 uur bleek dat onze vlucht was gecanceld; evenals 90 andere vluchten. Oorzaak onbekend. Dus in de chaos van de vertrekhal op zoek naar een hotel/overnachting. Na telefonisch overleg met visreis.nl heeft Theo contact opgenomen met het Van der Valkhotel te Oostzaan. Die hadden nog kamers vrij. Gelukkig; de rest van Amsterdam zat namelijk reeds volgeboekt. Als een speer de bagage weer opgehaald en twee taxi’s genomen. Op naar Oostzaan. Na drie kwartier stonden wij op onze kamers. Alles prima voor elkaar. Mooi hotel, mooie kamers en prima gegeten. Nog even een aperitiefje en toen maar vlug naar bed. De volgende ochtend van een prima ontbijt mogen genieten. Taxi’s gebeld en vlug weer terug naar Schiphol. De gehele procedure weer uit moeten voeren en toen gelukkig precies op tijd vertrokken naar IJsland.  Na een prima vlucht veilig op Keflavik airport geland. Bagage verzamelen, drankjes inslaan en door de douane. Daarna moesten Theo en Bob de gereserveerde auto’s in ontvangst nemen. Daar was het echter druk. Dus voor dat wij goed en wel in de auto zaten was er alweer een uurtje voorbij. Enfin, wij waren nu echt onderweg naar Flateyri. Via Reykjavik, Borgarnes, Kroksfjardarnes en Flokalandur door, via de 60 naar Flateyri. Een mooie, indrukwekkende maar af en toe ook een gevaarlijke route. Vooral het laatste, twee uren durende, gedeelte. Ga maar na; donker (na 22.30 uur) geen wegverlichting, een zwarte half verharde weg, geen strepen op de weg, afgronden van meer als 150 meter diep vlak naast de weg, nauwelijks tegenliggers (4 auto’s in 3 uren), grote stukken steen midden op de weg zelf een rotsblok waar wij net om heen konden rijden.

Hogerop de bergen in met sneeuw ijzel en slecht zicht. Geen vangrail, geen borden meer. Ja, het ging langzaam, maar het ging. Alles is gelukkig goed gegaan. Dankzij onze ervaren en rustig blijvende prima chauffeurs. Heren; nogmaals “petje af”.   

Doodmoe kwamen wij dan eindelijk in Flateyri aan. Het was inmiddels 01.15 uur.

Snel de beide huisjes summier ingepakt; en ……..slapen.  Na de volgende dag kennis gemaakt te hebben met de gids en de eigenaren van het verhuurbedrijf zijn wij uiteraard gaan vissen. Verwachtingsvol namen Bob en Theo plaats in boot 3 en Henk, Bart en John in boot vier. Mooie boten; drie meter breed en acht meter lang. Een prachtig ruim achterschip en een ruime af te sluiten stuurhut; waarin plaats was voor wel vijf personen.

Op het achterschip stonden twee grote viskuipen van elk plusminus 1 kuub inhoud. Wij zijn gaan vissen in het fjord, aan het einde van het fjord en op volle zee. Aan het einde van de eerste visdag bleek Bob de grootste kabeljauw te hebben gevangen; 92 centimeter. Voorts werden er in beide boten zo ongeveer 50 kabeljauwen binnengehaald en er werden 9 zeewolven gevangen. Waarvan Bart de grootste had. Niet slecht voor zo’n eerste dag. Het werd een leuke visdag. Erna was nog niet aan haar eerste visdag op zee toe. Zij moest eerst nog wat acclimatiseren. 

Donderdag 18 april; Henk, Bart en Bob bevolkten boot vier en Theo en John boot drie. De wind gaf 3 Bft. aan, echter de stroming was fors te noemen. Er werd wederom in het fjord gevist op zo’n 35 tot 45 meter diepte. Als eveneens buiten het fjord, op volle zee, op 50 tot 75 meter diepte.  Op beide boten werd er die dag een orka gespot. Een leuk cadeautje. Later op die middag kregen Theo en John, via de marifoon, een oproep te horen van de kustwacht, dat boot 4 en boot 5 zich moesten melden. Ze waren niet te zien op de radar. De zee was op dat moment ook redelijk wild en onrustig. Theo en John keken elkaar ongerust aan. Was boot 4 niet de boot van onze vrienden? Ja, boot vier was van Henk, Bart en Bob. Vijf minuten later wederom de oproep. Boot 4 moest zich onmiddellijk melden, anders zouden alle reddingsboten uitvaren en de reddingshelikopter zou er tevens op uit gestuurd worden. Wederom keken Theo en John elkaar angstig aan. Boot 4 zou toch niet gezonken zijn. Daarna riep de kustwacht boot 3 op, om zo spoedig mogelijk te melden; hetgeen Theo ook onmiddellijk deed. Wij hebben onze coördinaten door gegeven en gemeld dat bij ons alles in orde was. Plotseling hoorden wij Henk aan de marifoon. Ook bij hen was alles in orde. Gelukkig; ze zijn er nog. Wij konden rustig verder vissen. 

Achteraf was het waarschijnlijk zo dat boot 4 dicht aan de kust lag te vissen en net niet door de kustwacht kon worden gelokaliseerd. Die actie van de kustwacht geeft je toch een veilig gevoel. Gecontroleerd zeevissen. Bij thuiskomst bleek Bob wederom de grootste kabeljauw te hebben gevangen; 98 cm. Bart legde beslag op de tweede plaats met 95 cm kabeljauw en Theo volgde met 90 cm. Voorts werd er die dag veel kleinere kabeljauw gevangen, zo tussen de 60 en 80 cm. Het was een spannende, maar toch een mooie visdag geweest. S `Avonds lekker met elkaar gegeten met o.a. grote en lekkere karbonade.  Met Erna ging het alweer wat beter. Zij had een ommetje gemaakt door Flateyri en een aantal leuke winkeltjes bezocht. Ook zij had een leuke dag beleefd. `s Avonds na het eten werd er “5000tje” gespeeld. Fanatiek en dus spannend werd er om een aantal stuivers gespeeld.

Dan breekt de vrijdag aan. Het blijkt achteraf een best spannende visdag te worden. Boot drie met Theo en Bart. Boot 4 met Henk, Bob en John. Tijdens die dag zien Bart en Theo wederom een orka. Dat blijft een mooi gezicht zo`n killer whale. Gedurende de dag vingen beide mannen zo`n 25 stuks kabeljauw. Veel gezocht en dus veel gevaren; echter het succes van de vorige dag niet kunnen evenaren.

De bobby 4, met Henk, Bob en John aan boord koerste naar het Isafjordurfjord. Echter; halverwege toch maar even proberen op zo`n 75 meter diepte. Er werden vrij snel mooie en relatief grote kabeljauwen gevangen; 80 tot 90 cm. Bob kreeg op een gegeven moment beet; hij sloeg aan en begon te takelen. Tot zijn verbazing kwam er een mooie grote zeewolf boven water. De euforie was groot. Dit zou zijn eerste zeewolf ooit worden. Echter; Henk had op dat moment beet, evenals John. Bob moest dus zijn zeewolf zelf gaffen. Bij de eerste poging sloeg hij mis. Bij de tweede poging sloeg hij de vis van zijn haak. Weg vis. Bob bleef ernstig balend achter. John ving op dat moment een mooie grote kabeljauw van 102 cm. De eerste van boven een meter.

 

 

 

 

 

Na verloop van tijd haalde Bob weer een grote zeewolf boven water.

 John moest hem maar gaffen. De eerste poging sloeg hij ook mis. Bij de tweede poging sloeg ook John de vis van de haak. Bij de razendsnelle derde poging, waarbij hij half uit de boot hing, lukte het hem de vrij zwemmende vis alsnog te gaffen en kon hij de zeewolf aan de blijde Bob overhandigen. Een mooie Steinbeisser van 80 cm. lang. En Henk? Die bekeek de hele voostelling ongestoord vissend; met als enig commentaar: Nou jongens, jullie maken er wel een hele voorstelling van om een visje te kunnen vangen. Hoi, hoi. Later op de dag ving Bob nog een zeewolf van 85 cm. en kon deze geheel zelfstandig vangen. Ja, die Bob leert snel. Gemiddeld vingen wij allen 25 vissen p.p. die dag. Ja, wij beleefden die vrijdag een mooie vis dag met elkaar. Die avond werd er gedobbeld en uiteindelijk werden er vele sterke verhalen verteld.

Zaterdag; na een stevig ontbijt, moesten wij maar eens met z’n zessen vissen. Echter, na rijp beraad, zag Erna toch maar van het voorgestelde plan af. Ze zag het niet zitten in de kleine bootjes en de ruwe zee. Dus vertrokken Theo en Bart weer met z’n twee en John, Henk en Bob met drie personen in de Bobby 4. De wind en de stroming lieten het niet toe buiten het fjord te vissen. Dus wij moesten ons weer tevreden stellen met het vissen op 25 tot 35 meter diepte. Onze Nederlandse buren hadden leuk gevist net buiten het dorp Flateyri. Simpelweg door net buiten de haven naar het zuidoosten te varen en zich door de stroom terug te laten drijven naar het noordwesten. En deze methode bracht leuke resultaten. Wij vingen kabeljauw; Henk 76 cm, Bob 72 cm, Theo 70 cm en Bart en John beide een 70 cm lange vis. Gezamenlijk nog een tiental kleinere vissen. Na verloop van tijd begon de wind steeds harder aan te trekken. Van 5 à 6 Bft naar 7 en zelfs 8 Bft. Theo en Bart probeerden in de haven van Flateyri nog een platvisje te vangen; echter zonder resultaat. Dus zij legden de boot aan en gingen naar het huisje. Henk, Bob en John keerden na verloop van tijd ook maar terug naar de haven. En ook Henk probeerde nog enkele platvissen te vangen. Echter ook zonder resultaat. Dus ook wij besloten maar naar het huisje terug te lopen. Op de steiger lopend langs de Bobby 3 zag Bob plotseling dat één van de voorramen van de boot eruit gewaaid was. Dit, bij thuiskomst uiteraard even gemeld. Theo heeft e.e.a. vervolgens even doorgegeven aan één van de eigenaren. 

`s Middags werden wij nog even verrast door Theo met een “snackje à la Theo. “Superlekker; en èh: voor herhaling vatbaar. `s Avonds lekker gegeten (een forse Kip) en Bart de fijne kneepjes van het klaverjassen bijgebracht. Hij bleek een vlotte leerling.

De storm op zondag maakte ons het vissen onmogelijk. Dus; uitgebreid ontbijten, lichte onderhoud werkzaamheden uitgevoerd. Bob kwam plotseling met het idee om de waterval Fjallfossen eens te bezoeken. Iedereen vond dat een goed plan. Dus de auto`s opgezocht en afreizen.  Onderweg genoten van het

Westfjord; het oudste gedeelte van IJsland. 14 tot 16 miljoen jaar oud. Onvoorstelbaar. Ontstaan door tientallen vulkanische erupties.

Na de ijstijd werden er door het smeltende ijs diepe kloven in het landschap geslepen, die zich vervolgens vulden met water. Zo ontstond er een zeer markant landschap; het Westfjord.

De breedste waterval van het West fjord maakte indruk. Gigantisch; wat een mooi schouwspel. Wat een kracht van het water en wat een geweld van de natuur.

Wij kregen er geen genoeg van en hebben er een uur rond gelopen. Onderweg terug nog even een klein museum bekeken. Het was gesloten, maar dat maakte ons niet uit. Wij konden ons wel redden.

En dan maandag de 22e april; onze laatste visdag op IJsland deze vakantie. Henk, Bob en John visten met elkaar op boot 3 en Theo en Bart visten op boot 4. De wind was redelijk gaan liggen, dus daar hadden wij niet zoveel last meer van.

Echter de stroming was nog redelijk fors te noemen, en stond dwars voor het fjord. Enfin; toch maar even buiten het fjord proberen te vissen. Na een half uurtje buiten het de monding van het fjord met beleid te hebben gevaren vingen wij slechts 4 kabeljauwtjes en 1 mooie zeewolf in anderhalf uur tijd. Nee, dat was niet erg geweldig veel. Henk zag op een gegeven moment de boot van Theo en Bart de monding van het kleine, richting Sudureyri liggende kleine fjord, binnenvaren. Wij hebben eerst nog maar eens een derde visplek geprobeerd; maar ook dat was geen succes op open zee. Dus Theo maar eens gebeld. En warempel; Theo en Bart vingen wel aardig daar binnen in het kleine fjord. Dus ook wij zijn er maar eens heen gevaren zo`n vijftig meter het Sugandafjord binnen. Op zo`n 35 meter diepte begonnen te vissen. En ja hoor, ook wij vingen zo af en toe een kabeljauwtje. Na dichter bij de kant te zijn gekomen, op 20 à 25 meter diepte, kwamen wij in een kelpveld terecht. Vanaf dat moment was het alle hens aan dek. Henk, Bob en John konden de gevangen vissen maar nauwelijks goed verwerken. De ene na de andere mooie kabeljauw werd door ons in de boot getakeld. Henk ving nog een mooie kabeljauw van 102 cm. Maar omdat hij een bijvanger aan zijn hoofdlijn had geknupt ving er een tweede bij. Erg lastig om dan de beide vissen binnen boord te krijgen. Enfin te lange leste lukte hem dat ook nog. Wij kregen vervolgens een lesje theorie vis vangen van hem.

Ja, ja. Ik zal er maar niet te veel woorden aan veul maken. Bob ving een grote zeewolf. Bij het gaffen sloeg hij de vis mis. John zou hem wel even helpen. Ook hij sloeg de vis mis en bij de tweede poging sloeg hij de vis, er wederom af.  Half in het water hangend was het raak en kon hij voor de tweede keer Bob zijn mooie vis overhandigen. Henk was er na twee uurtjes takelen helemaal klaar mee. Hij heeft zijn hengel opgeborgen en zei tegen Bob en John: Gaan jullie maar verder vissen, ik zal de vis die jullie nog vangen wel even verwerken. Dat heeft hij geweten. Hij kon er nauwelijks aan werken. Na nog een uurtje te hebben gevist met z`n beiden waren de beide kuubs bakken, aan boord van de bobby 4, slicht vol.  450 kilo vis. Ongelooflijk. De vis was blijkbaar massaal het kelpveld ingeschoten; vanwege de buiten het fjord nog steeds te keer gaande stroming. Dit hadden wij niet graag willen missen. `s Avonds, moe maar voldaan, eerst maar eens een paar biertjes “soldaat gemaakt”.

Nadien heerlijk gegeten; aardappelen, sla en veel karbonade. `s Avonds was het schoonmaken en inpakken geblazen. Nog even de diesel afgerekend en maar vroeg naar bed.

Dinsdag, de terugweg. Maar wel overdag. Een hele mooie reis; langs vele fjorden en bergen. Veel sneeuw op de bergen; altijd een prachtig gezicht. Vele stroomversnellingen en vele ijsschotsen in de fjorden. Er waren vele mooie en ongewone dingen te zien onderweg. Veel hoofdwegen waren slecht half verhard.  Na verloop van tijd zijn wij bij een natuurlijke warmwaterbron gestopt. Daar moesten Erna, Bob, Theo en Bart natuurlijk even in zwemmen. Ook een bijzondere ervaring.

Halverwege de reis even heerlijk van de lunch genoten. De serveerster bleek Nederlands te zijn. En dat in de middle of Ysland. Ze vond het erg leuk nog even weer in het Nederlands te kunnen kletsen. Dat gebeurde haar niet zo vaak. Enfin; verder maar weer. Op naar Reykjavik. Mooi op tijd aangekomen in hotel Island. Voor Theo, Henk en John een bekend hotel. Eerst maar even de huurauto ingeleverd en daarna heerlijk met elkaar gegeten in het restaurant van het hotel.

Woensdag; 24 april. Onze extra dag in Reykjavik. Bart, Erna en Theo wilden graag nar de Blue Lagoon.

Een prachtig zwembad met een natuurlijke warm watervoorziening. En uitgebreide spa mogelijkheden. Ze hebben een mooie dag ervaren; Zwemmen, drijven, sauna, in gezalfd en heerlijk gegeten.

Bob, Henk en John kozen voor het centrum van Reykjavik. Na van de koffie in het gezellige centrum te hebben genoten heeft Bob zich ingeschreven voor een 4 uren durend walvissafari festijn. Henk en John hebben het scheepvaart- en visserij museum bezocht. De walvissafari viel tegen. Bob had slechts 1 walvis vin met zijn telelens in de verte kunnen spotten en fotograferen. Henk en John hadden zeer genoten van de beide musea. Veel gezien en veel geleerd. Henk had vooral vele verhalen. Voor hem was het vooral een feest van de herkenning en de herinnering.  

Met z’n drieën hebben wij nog een tweetal, nog in de vaart zijnde echte walvisboten mogen bekijken; compleet met giga harpoenen. Daar varen en jagen ze dus nog. Na een prima, verlate lunch zijn wij middels de taxi teruggegaan naar “ons “hotel. Aldaar met z`n zessen nog van een, al dan niet alcoholische, versnapering genoten en vervolgens heerlijk met elkaar gegeten. Nadien vroeg op bed, want wij moesten de volgende morgen reeds erg vroeg uit de veren. Om drie uur in de ochtend ging de wekker. Douchen, inpakken, de vispakketten in ontvangst nemen, alsmede de lunchpakketten. Op naar Keflavik met de bus. Aldaar inchecken, douaneformaliteiten, boarding en op naar Schiphol, naar Nederland.  Na aankomst bagage oppikken douaneformaliteiten en verder naar P3.

Onderweg nog even een snelle hap genomen en door naar richting huis. Bob en Bart afgezet en Erna naar huis gebracht. Henk en John gingen met eigen vervoer ook weer richting huis. En Theo was ook weer bij huis. Het einde van een prachtige IJsland vis vakantie. Met wederom vele hoogtepunten en mooie herinneringen. Tot volgend Jaar maar weer.

John.