(verslag van John Smit)
IJsland ??? Ja; IJSLAND. Een zeevis paradijs.
Zeeforel, schar, schol, bot, kabeljauw, kabelU, zeewolf, zeeduivel, roodbaars, heilbot, koolvis, enz. enz. enz.
Dus; daar moesten wij, Theo, Frans, Henk, Peter en John, weer heen.
De reis. Wij vertrokken deze keer vanuit Huize Theo te Kantens. Met zijn mooie grote bus.
Na de koffie ’s Morgensvroeg om halfacht naar Schiphol. P3 wel te verstaan. Met de Schiphol bus naar de vertrekhal. Bagage ingeleverd, door de douane en nog wat eten en drinken en dan naar het reeds gereedstaande vliegtuig. Een mooi compact vliegtuig van Iceland air, voor ongeveer 150 passagiers. Vertrek om 16.30 uur en aankomst om 19.30 uur. (IJslandse tijd 17.30 uur.) Na inkopen op Keflavik; door de douane, op naar de gereedstaande vrachtwagen; net als in 2021. Echter; deze keer niet. Wij moesten met onze bagage naar de gereedstaande bus. En die ging niet, met ons en onze bagage naar Reykjavik. Nee, de bus ging rechtstreeks naar Flateyri. Dus dat hield in; 8 uren reizen met de bus. Niks niet klein vliegtuigje vanaf Reykjavik naar Isafjordur. Halverwege de reis was er nog wel een stop ingepland om enig voedsel en drinken te kopen en om van bus te wisselen inclusief een bagage wissel. Er ontstond een redelijke chaos. Henk miste daarom later ook zijn kleine koffer. Daarover later meer.
Verder maar weer. Op naar Flateyri. Na een te lange reis arriveerden wij om 01.30 uur in Flateyri. De bus werd uitgepakt en de huisjes werden toegewezen. Wij kregen huisje 1. Niet gek, aardig centraal en toch rustig. Bagage opzoeken en op naar huisje 1. Hier miste Henk zijn “klein” koffertje; waarin medicijnen en toiletartikelen. Hiervan melding gemaakt; men zou actie ondernemen. Enfin; maar installeren en bed opmaken, en ……..slapen. Wij waren doodmoe.
Na een goede nachtrust, douchen en ontbijten. Wij spraken af dat Peter en John de auto op zouden halen in Isafjordur. Henk, Theo en Frans zouden om 13.30 de boot in ontvangst nemen en uitleg krijgen. Peter en John werden met de overige ”auto ophalers” in een busje naar Isafjordur gebracht. Naar het vliegveld wel te verstaan; alwaar de auto`s reeds klaar stonden. Bij aankomst bleek op het vliegveld, tot onzer verbazing, “ons” vliegtuigje op de landingsbaan (Reykjavik-Isafjordur vise-versa) klaar te staan voor vertrek. Hoezo stuk? o.i.d.??? Enfin, wij zijn, na de mooie auto in ontvangst te hebben genomen, maar gaan winkelen. Boodschappen doen en koffiedrinken. De eerste ½ visdag was reeds aan ons voorbij gegaan. `s Avonds hebben wij de hengels klaar gemaakt en nadien heerlijk gegeten, onder het genot van een heerlijk Duits biertje.
Donderdag; eindelijk vissen. Windkracht 4 à 5 Bft. Dus dat betekende vissen in het fjord. Zo’n 20 stuks redelijk mooie kabeljauwen werden er gevangen. John ving zijn eerste zeewolf ooit. Eentje van 97 cm. De grootste gedurende deze vis vakantie; zo bleek later.
Vrijdag 28 april. Theo en Frans willen nog graag wat winkelen in Isafjordur. Dus gingen Henk, Peter en John met elkaar vissen. Buiten het fjord bleek het een “kookpotje” te zijn. De forse stroom stond haaks op de ingang van het fjord; oost/ west. Terwijl de wind noord/ zuid waaide. Dus het vissen op volle zee bleek niet mogelijk. Dus werd er teruggevaren het fjord in. Er werden een vijftiental mooie kabeljauwen gevangen en een aantal zeewolven. Nadien hebben wij geprobeerd enkele platvissen te verschalken; en dat lukte. Er kwamen enkele mooie scharren aan boord. Maar het was niet dik vandaag zullen wij maar zeggen. Redelijk vroeg in de middag zijn wij terug gekeerd naar de haven. Daar bleek dat de meeste boten reeds voor ons terug gekeerd waren. Er kwam een bericht binnen dat Henk zijn koffertje was gevonden. Deze was op het vliegtuig gezet en kwam aan het einde van de middag in Isafjordur aan Henk en Peter hebben hem opgehaald. Eind goed, al goed. Theo verzorgde deze dag de maaltijd. Gebakken aardappelen, schnitzel en sla. Een prima maaltijd.
Zaterdag; met z`n vijven aan boord. Gevist aan het einde van het fjord. Er werd redelijk veel gul gevangen, echter niet die grote kabeljauw waarop wij hadden gehoopt. Ook de zeewolf liet het afweten. Wij besloten om toch maar te proberen via de open zee in het verlengde van het Isafjordur fjord te komen. Met Peter als stuurman moest dat kunnen dachten wij. Wij zijn ook een heel eind gekomen, echter op het laatst, met nog drie kilometer te gaan, werd het ons alsnog te gevaarlijk. Voor onze veiligheid zijn wij toch maar weer teruggegaan naar de luwte van het Flateyri fjord. Ook in het midden van het fjord was er geen zeewolf te vangen. Lichtelijk teleur gesteld zijn wij teruggegaan naar de haven. Ook de mede vissers hadden vandaag niet veel gevangen. `s Avonds hebben Theo en Frans eten opgehaald uit Isafjordur. Indisch, chinees en Thais. Heerlijk maar veel. Enfin, hadden wij later, onder het kaarten, ook nog een hapje.
De Zondag zijn Henk en John met z`n beiden gaan vissen. Eerst maar eens buiten het fjord. Daar bevinden zich ja de grote kabeljauwen. Er stond echter wel veel stroming. Je kon je pilker van 500 gram niet eens aan de bodem houden. Van alles geprobeerd maar het lukte niet om fatsoenlijk te vissen. Dus maar weer het fjord in varen, net zo lang tot dat je normaal kon vissen. Daar kon leuk worden gevist. Op 45 meter diepte hebben wij enkele mooie kabeljauwen kunnen verschalken van 70 tot 80 cm. Henk besloot op een gegeven moment op platvis te gaan vissen; maar hij ving een mooie zeewolf. John viste op zeewolf maar ving een mooie schar. Tja; zeevissen, hoe dan??; zeg het maar. Nadien hebben wij nog vele mooie stekken afgevist, echter zonder resultaat. Die avond hebben wij met elkaar een heerlijke visschotel verorberd. Nadien zijn Peter en John een heel eind gaan lopen. Verlopen is denk ik het juiste woord. Bij zee aangekomen bleek het water een spiegelglad zeetje te zijn. Zegt Peter tegen John; Wij moeten morgen maar laat de zee op, en `avonds maar langer door vissen.
Maandag 1 mei. Inderdaad; laat op pad. Eerst maar de afnemende wind afgewacht en de vis ingeleverd bij de visfabriek. Om 11.00 uur vertrokken door het fjord heen naar de open zee. Wij hadden besloten om onze plannen van gisteren werkelijkheid te laten worden. Vissen op 100 meter in het verlengde van het Isafjordur fjord; richting Eldingar. En dat ging redelijk goed. Peter ontdekte, bij de nadering van de 100 meter dieptelijn, 4 waypoints op een rij. Ongeveer 50 meter uit elkaar liggend. Die liggen er niet voor niets, aldus Peter. Dus vissen maar. John lag er het eerst in met zijn 500 gram pilker. Nauwelijks op de bodem aangekomen was het raak. Grote vis. Dus takelen maar. Een mooie kabeljauw van 114 cm lang. De anderen volgden al vlot. Theo met een kabeljauw van 122 cm en 20 kg zwaar.
Tijdens het meten en wegen van deze laatstgenoemde vis stond Frans allemachtig te takelen, te kreunen en te steunen. Toen hij de vis in het oppervlaktewater had gekregen had Frans drie pogingen nodig om de gegafte vis binnen boord te krijgen. Een joekel van een kabeljauw. 130 cm lang en 18 kg zwaar. Een nieuw club record. Gefeliciteerd Frans; daar kunnen wij weer tegen op boxen. Peter trok een kabeljauw aan boord van 112 cm en Henk een kabeljauw van 108 cm. Daarna was er geen tijd meer om precies te meten en te wegen. Op het oog waren er meer als 15 kabeljauwen boven 100 cm gevangen en talloze tussen de 90 en 100 cm. In totaal, naar later bleek, 386 kilo kabeljauw, met 5 personen in vijf uren. Een fantastisch resultaat. Moegestreden zijn wij om vijf uur teruggevaren naar Flateyri. Aftanken en op de foto met elkaar, en met de vis. Eten, biertje en slapen. Moe maar voldaan. Wij hadden nog nooit zo veel vis gevangen.
Dinsdag moesten wij de vis inleveren bij de visafslag. Daar keek men wel even op van de twee boordevol gevangen viskuipen. Volgens de mevrouw van het weegstation kwam zo`n mooie vangst niet vaak voor. Wij trots natuurlijk. Een mooie afsluiting van onze IJsland visserij.
De boot moest nog schoon gemaakt worden en het huis moest nog schoon. Tevens moesten wij onze spullen nog verzamelen, schoon maken en inpakken. Dit werd naar Reykjavik vervoerd. En wij reden naar het vliegveld om aldaar de auto weer in te leveren en het vliegtuig te nemen naar Reykjavik. Aldaar aangekomen werden wij naar het hotel gebracht met de bus. Aldaar lekker gegeten en drinken en vroeg naar bed.
De volgende morgen eerst maar eens een lekker ontbijtje. Dat was prima geregeld. Lekker en zeer divers. Daarna een taxi gebeld die ons vlot naar het centrum van de stad bracht. Aldaar hebben wij diverse winkels bezocht, koffiegedronken en heerlijk gegeten. De haven en het centrum eens goed bekeken en voorts socialiseren met de IJslanders. Met de taxi weer terug naar het hotel. Nog even een biertje of twee en toen maar gauw naar bed, slapen. Want om drie uur ging de wekker de volgende dag. Om vier uur werden de vispakketten uitgereikt, de bus ingepakt en begon vervolgens de terugreis. Eerst naar Keflavik, het vliegveld van IJsland. Inchecken, door de douane en vervolgens koffiedrinken en wachten. Vervolgens naar de gate. Tjonge wat een volk. Moest wel een groot vliegtuig zijn. En dat was het ook. Naar schatting 350 à 400 passagiers. De vlucht naar Schiphol verliep voorspoedig. Op Schiphol wachten op de bagage. Dat duurde al met al 3 uren. Te veel aanbod en te weinig personeel volgens de speaker. Het zal. Wij vonden het maar zeer slecht. Enfin, nog maar een biertje genomen in het horeca gedeelte. Toen naar P3 en op pad. De reis naar Winsum en Kantens verliep voorspoedig. Het zat er weer op; helaas!
Heren, bedankt maar weer voor deze aangename trip, met de nodige hobbels overigens. Maar ik had het niet graag willen missen. Vooral de laatste visdag, de maandag, niet. Dat was een geweldige ervaring.
Groet; John